wrange wangen, koortsgekleurd
ogen gesloten, dichtbij
zacht hangende heuvels
met prinsessenhofjes, strelen rakelings
tot prettig koud kippenvel
bijkans verteerd, stil
verspeel ik met opwinding
door precies genoeg te weinig kleding
korte adem
vleesgeworden droomdrift
lijft mij in
vreemde handen om jouw middel
zachtjes nee dan geschokte zuchten
in verschillende ritmes
klem, langzaam strakker
verlaat je haast je lichaam
nog juist bewust spinnend
rolt je holle rug
spieren spannen hard
klauwen bijten in mijn schouders
ik weet mijn hitte in zijn ogen
beeld worstelt met werkelijkheid
komen verlossend samen