elke avond schenk ik water in een beker
	om geen dorst te hoeven lijden in de nacht
	alsof zij zelf geen water had gekregen
	dronk ze gulzig uit de beker naast mijn bed
	de laatste avond kon ze nog slechts nippen
	
	nu haar uitgedroogde lichaam is verbrand
	spoel ik de beker zelfs niet om
	drink ik water dat ik vroeger met haar deelde
	alsof ik ter communie ga
	
	 




