Zij aan zij
Zij aan zij staan zij in de rij
Zij aan zij verlaten zij hun
straat hun stad hij en zij
Zij aan zij pakten zij
hun koffers al in
voor die reis
zij en hij
Hij en zij moeten mee
met die reis van hun
leven in die trein
waarvan iedereen zei
hier kan toch niemand
meer bij?
Zij aan zij zitten zij
in die trein door elkaar
op elkaar in elkaar
zonder onderscheid
tussen hij en zij
Zij aan zij bereiken zij
dat hek met die tekst
Arbeit macht frei
Zij aan zij zien zij elkaar
voor het laatst van dichtbij
hij en zij
Lopen zij met alleen nog
een stuk zeep in de hand
mee in die rij die voor
altijd macht frei ...
(Om het belang van dagen als Holocaust Remembrance Day
te onderstrepen)