ook al was het midden winter
toch dacht ze aan begraven
want na hem kwam de lente
met af en toe reeds warme dagen
ze hield van warmte op de blote huid
en bruine benen in een zomerrokje
maar vooral dacht ze aan iets heel bijzonders
bijna dagelijks reed ze langs de gesloten poort
vol ongeduld wachtte ze op de eerste lentezon
dan stond "open" weer in grote letters voor de deur
ze kon bijna niet wachten
want ijsjes eten deed haar nu reeds likkebaarden
het kon niet vlug genoeg weer lente zijn