Er staat (c)opyright op de gedichten van Reddingius, Els U mag dit gedicht alleen gebruiken als u de auteursnaam en eventueel de website daarbij vermeldt.
Submit to FacebookSubmit to Google PlusSubmit to TwitterSubmit to LinkedIn
Eén been in’t graf, en één ernaast,
Zo blijf ik nog maar even staan.
Waarom ook niet, ik heb geen haast
En morgen zal het ook wel gaan.
 
Straks ben ik weg, ben ik niet meer
die ik nu in de spiegel zie.
Wat achterblijft is’t oude zeer:
De wrange liedjes van Sofie.
 
Maar ook die worden straks verscheurd
En op de vuilnisbelt gemikt
Als iedereen is uitgetreurd,
de laatste snik is uitgesnikt.
 
Dan gaat het leven zonder mij
heel rustig door, waarom ook niet,
ik was alleen een klompje klei,
hooguit een kluitje in het riet.
 
Enfin, het was, zeg ik erbij,
Toch wel een waardevolle tijd.
Maar straks, straks ben ik heerlijk vrij
van hier tot in der eeuwigheid.