Soms waren er momenten
Niet langer op de vlucht
Plots stonden we daar
Onwennig naast elkaar
ontbrak het mij aan woorden
Ik was klein
en klein ben ik gebleven
Vaag vermoedde ik achter mij
jouw helende handen
om mijn rug te steunen
Maar nooit durfde ik te leunen
me omdraaien al evenmin
Al stak ik
met kop en schouders
boven je uit
toch was ik klein
en klein ben ik gebleven
De dag brak aan
dat jij voorgoed verdween
Jij werd de hemel in gezongen
over de doden niets dan goed
En ik,
hoe kon ik anders
ik stemde zwijgend toe
Ik was klein
en klein ben ik gebleven