Uit de diepte van de zaterdagse nacht
kreten en stiltes opstijgend , één wordend
met een late trein met mensen aan boord  
divers van aard en verschillend in hun soort
 
In donker geblindeerde huizen de diepe zucht
van late cafébezoekers, wakker geworden door
elkaars gesnurk de ogen vallend op een omgevallen
fles wijn waarvan de inhoud verstard in een plas
 
De zon doet de geur opstijgen van gras
langs de straat badend onder de striemende
zonnestralen , verderop een hond ineengerold
als een bal niet wetend wat hij later doen zal
  
Een zwerver met zijn rug tegen een schutting
tracht de opstand van het leven in zijn brein
te bedwingen door te denken dat hij met drank
overal en op elk ritme gracieus kan swingen