wilden heldere wijn
ik was mezelf kwijt
in rekken vol verlangen
op de bodem van de tijd
was een vat
vol tegenstrijdigheden
gistte narigheid
ze wilden heldere wijn
de droesem op de bodem
bleek alleen voor mij te zijn
ik bruiste op bevel
laafde dorst serveerde vreugde
ze lieten me verrekken in de hel
ze zagen mij niet staan
kozen voor de eigen feesten
hun pleziertjes gingen mij niet aan
vond mijn eigen lol
de flessen openden genoegen
we gingen stevig aan de rol
zakte door de dagen
zonk weg uit het bestaan
kon mezelf niet verdragen
was alles kwijt
maar heb de val gebroken
ik ben weer bij de tijd
wil melker
24/05/2007