De lege schelp
waar mijn hart,
amper, in klopt,
vertoont barsten.
Het pantser dat ik er,
door de jaren heen,
omheen bouwde
roest, zonder rust.
Op het strand
raapt niemand me op,
de miljoenen zandkorrels
bedelven mijn overschot.
Het graf
van de onschuldige.