tranen parelen over mijn wangen
sprekend leg ik de stilte
dicht bij jou op je schoot
verlaten tekenen zich de blikken
tegen een muur zonder poort
waar je niet kan vluchten
niet kan schuilen
tegen stormen
woorden die vaak moordend zijn
en ik hoor niet eens je stem
die berouw toont
zegt; sorry schat
dwalend ga ik verder
mijn rugzak tegen me aan
door de gutsende regen
in mijn ogen een traan