waar lente altijd zomert
ik gozer
als volwassene
mijn woorden
spreken taal
wat ongewassen
en ondeugend
maar met een hart
van staal
ik heb het roest
eraf gepoetst
na tijden indolentie is
er weer volledige potentie
geen woord maar daad
lust de seconden rauw
gebrek aan tijd schaadt
nog het samenzijn met jou
waar ik het jochie ben
jij mijn grote bekken kent
in zachtjes binnenkomen bij
jou waar lente altijd zomert
we kerken in het bed
waar nog de tijd is stilgezet
alleen de koster weet en heeft
ons klokkenluiden meebeleefd
wil melker
12/08/2007