wondertjes van samenzijn
huis aan kant
energieën opgebrand
uitgeblust valt zonlicht
naast me op de bank
we zitten in zijn licht
zijn ogenwit daagt
buien uit te regenen zonder
dat mijn storm fluit
pupillen dragen mij
kleuren vragen tederheid
scheppen wondertje van samenzijn
gesloten voor publiek
zijn mond gegoten rond
de zachte lippen iets verstrakkend
om de lucht ontsnappend
niet te laten stikken
zijn woorden strelen
kernachtig helend
rapen scherven en
verademen benauwde lucht
ik droom realiteit
tijd en zonlicht gaan
mijn maan zal blijven staan
als jij verduisterd wordt
wil melker
24/08/2009
www.wilmelkerrafels.deds.nl