In een donkere gang was ik altijd bang
Dan kon ik wel huilen.
Maar toen kwam jij in een flits
En toen ineens voelde ik niets.
Geen angst geen verdriet.
Bij jou voel ik dat gevoel niet
Jij pakt mijn hand en samen staren wij de duisternis in.
Ik voel ineens een vlinder op mijn wang.
Hij kriebelt en ik denk alleen aan jou.
Dan voel ik dat jij dichter bij komt.
En je zoent me op mijn wang.
Ik voel de vlinders nu overal!
En ik ben nooit meer bang.