Nog steeds droom ik mijn armen hardop vol geluk
ik fluister in m'n slaap je warme lippen
mijn hart roept aan het jouwe van de klippen
ik glimlach ondanks alle bitterheid en druk
Je stevig aan mijn hart, met beide linkerhanden
zo dicht bij me vandaan ben je voor niets bedeesd
en lang genoeg mijn beste vijandin geweest
zie in mijn ogen de herinneringen branden
Voorbij de paarse vlekken van goedkope wijn
om warmte, liefde en geluk te willen
teniet te doen de leugens en verdriet en pijn
Nu troost - breng goede tijding van een hoop die blijft
van liefde die je rede doet verstillen
en van een God, die recht op kromme regels schrijft