Omdat hij wordt vervolgd.
Zijn lichaam vlucht.
Maar zijn ziel blijft.
Is nergens meer thuis.
De taal die hij spreekt.
Wordt vaak niet gehoord.
Hij is vertrouwd met de angst.
Moet opnieuw geboren worden.
In een land ver van zijn geest.
Leren spreken als een gast.
Gedragen als een onderdanige vreemdeling.
Gaat op zoek naar een toekomst.
Op zoek naar vrienden.
Die hem willen verstaan.
Zodat hij niet opgaat in de duisternis.
Die durft te vragen.
Zal niet gauw verdwalen.
Meestal is te veel spreken.
Zaaien in de woestijn.
Vluchtelingen zwijgen liever.
Daardoor dwalen zij verder.
De vreemde taal willen zij leren.
Toch worden zij dan ook niet gehoord.
Want hij is vaak een gast.
Die de eerste dag welkom is.
De tweede dag wordt hij geduld.
Maar de derde dag bestaat hij al niet meer.
Klaas van Eijbergen
