de wereld van hiernaast
in het diepe rood
van ondergaande zon
buitelen kleine gnomen
met veel plezier in de
toppen van de bomen
kobolden springen
op de grond waar
het eerste licht
van de nieuwe maan
traag tevoorschijn komt
op de open plek
van het donkere bos
dansen elven en feeën
op het zachte mos
hun openingsrituelen
oplichtend tussen
vage lage struiken
ogen tovenaars en
zwijgzame druïden
uit het verre buiten
ik ben in de wereld
van hiernaast geweest
die wij in onze haast
helaas niet kunnen zien
of toch in alle rust misschien