Als mijn oren het niet meer horen,
En mijn stem alleen nog kraakt,
Dan blijf ik de Here toebehoren,
Omdat de Heiland mij genaakt.

Als ook mijn benen protesteren,
En krampen in m’n armen voel,
Zelfs dan blijf ik mijn Jezus eren,
Want Hij is mijn hoop, mijn doel.

Als mijn hart begint met knagen,
En mijn ogen het niet meer zien,
Ook dat zal mijn liefde niet vervagen,
Hij blijft de Heer, die ik graag dien.

Ook al zit mijn lichaam vol gevaren,
Vanaf de dag, dat ik voor Hem viel,
Bracht God mijn leven tot bedaren,
Hem blijf ik trouw, met hart en ziel.