Geheeld
Peinzend staar ik naar de lucht
- al lijkt het zonder doel -
gedachten nemen verre vlucht,
niet doelloos, want ik voel…
Ik leef, ik zie, ik hoor, ik ruik;
dat geeft me nieuwe moed
zoals bij een gebarsten kruik
waar men wat lijm op doet,
zo diep, intens ben ik bewust
van ’t helen van mijn hart.
Ik adem in, die sfeer van rust,
waarom dan toch verward?
Ik weet dat lijm, zelfs heel egaal,
op het kapotte steen,
de kruik echt nooit meer helemaal
zo gaaf maakt als voorheen.
Maar zie, dan breekt de zon er door,
al is het heel subtiel,
het zet mij op het juiste spoor
en treft mij in mijn ziel;
Want het gelijmde stuk is sterk
en zal hooguit wat steken,
doch nimmer zal het op die plek
‘n tweede keer weer breken.
Welkom dichters en lezers
Welkom op het NETWERK VOOR DICHTERS.