Jij zat naast me
toen ik reed
je hand was
op mijn knie
zoals altijd als wij rijden
onze kinderen
snaterden achter ons
over hun reuzenvragen
voor ons al lang
geen vragen meer
ik liet melacholiek
gedachten langs
eigen wolken vliegen
doof voor
aards gebrabbel
totdat jij zei terwijl je
hand me teder streelde
samen met jou
lijkt oud worden
alleen maar heerlijk
ik kwam vreugdevol klapwiekend
haastig terug
van wolkenhemels
naar puur geluk
tussen vier wielen
dacht warm doorstroomd
aan nevelige verten
liefdevolle zegen
op Zijn wegen bereden
met jouw hand op mijn knie.
Welkom dichters en lezers
Welkom op het NETWERK VOOR DICHTERS.
Reacties