Welkom dichters en lezers

BESTE DICHTERS EN LEZERS VAN GEDICHTENNET

Helaas worden er op deze site geen nieuwe gedichten meer geplaatst.
U kunt deze gedichten nog wel lezen. HEEFT U BELANGSTELLING DEZE DOMEINNAAM (met eventueel de hele site er bij te kopen? GRAAG BERICHT AAN poetrysite apestaartje gmail punt com

Er staat (c)opyright op de gedichten van Nicolai, Fedde U mag dit gedicht alleen gebruiken als u de auteursnaam en eventueel de website daarbij vermeldt.

Zomer.

De zomertijd is aangebroken,
De lente dagen zijn voorbij
de natuur is reeds ontloken,
Het  warme weer is nu nabij.

Zomer, de mooiste tijd van het jaar.
alles bloeit en groeit weer,
de zon schijnt, heerlijk, wonderbaar,
het geeft alles zo’n blijde sfeer.

Dankbaar mogen we zijn  voor deze tijd,
waarin de aarde z’n gewas weer geeft,
door Gods trouw en goedheid,
zodat mens en dier de winter overleeft

Elk seizoen heeft zijn bekoorlijkheid
Maar toch springt de zomer er uit.
Het geeft warmte en vrolijkheid
waarbij de vogels met hun gefluit..

Fedde Nicolai
www.christelijkegedichten.tk

Er staat (c)opyright op de gedichten van Verhavert, Martine U mag dit gedicht alleen gebruiken als u de auteursnaam en eventueel de website daarbij vermeldt.

zelfs daar
waar rijpe vruchten
van de kerselaar
me bloedrood vragen
om ze in manden
weg te dragen

vind ik
moe van 't drukke een plaats
waar de avond traag
over me heen kan gaan
aangedaan door de stilte
mijn kracht kan hervinden

Er staat (c)opyright op de gedichten van Poelman-Duisterwinkel, Coby U mag dit gedicht alleen gebruiken als u de auteursnaam en eventueel de website daarbij vermeldt.

Pasgeboren liefde,
intenser kan het niet,
wie zal vermoeden
wat die dichter
in jou ziet.
Je vult mijn gedachten,
in elk gedicht
huppelt jouw pas,
lees ik jouw gezicht.

Die zandkloppende handen,
je grappige weetjes
dan weer onbereikbaar
en toch
wij tweetjes,
geen plekje te vinden
in heel Amsterdam
die jouw gestalte
aan mijn blik ontnam.
Mijn Marte
ben je gebleven,
tot lang na je dood
was jij mijn leven.

Dichter bij jou
heeft niemand geschreven.
 
Bij het gelijknamige boek van Tim Krabbé